Financiering

Inleiding

Terug naar navigatie - Financiering - Inleiding

Het opstellen van de paragraaf financiering in de begroting en de jaarstukken is in zowel het BBV als in de wet Fido verplicht gesteld. Financiering betreft de wijze waarop de gemeente Geldrop-Mierlo de benodigde geldmiddelen aantrekt en (tijdelijke) overtollige geldmiddelen belegt. De uitvoering van deze paragraaf vindt plaats binnen de wettelijke kaders van het BBV en de wet Fido. Naast deze wetgeving is een treasurystatuut vastgesteld. In dit statuut zijn nadere regels opgenomen om daarmee de financieringsfunctie te sturen, te beheersen en te controleren.

De paragraaf geeft inzicht in de rentelasten en -baten, het renteresultaat, de financieringsbehoefte en de wijze waarop rente wordt toegerekend aan investeringen, grondexploitaties en projecten. De bedragen in onderstaande tabellen moeten vermenigvuldigd worden met € 1.000,-.

Interne- en externe ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Financiering - Interne- en externe ontwikkelingen

Extern
Sinds juni 2024 verlaagde de ECB de beleidsrente stapsgewijs van 4% naar 2%. Een rente van 4% was nodig om de zeer hoge inflatie in de periode 2021-2024 in het eurogebied onder controle te krijgen. In de loop van 2024 daalde de inflatie, mede door het beleid van de ECB, weer richting gewenst niveau en kon de rente worden verlaagd. De inflatie in het eurogebied kwam in juni 2025 uit op 2%, het inflatiedoel van de ECB. Toch blijft het inflatiebeeld omgeven door risico’s en is het de vraag of de inflatie ook op de wat langere termijn op 2% zal blijven. De grote mate van onzekerheid maakt het lastig om vooruit te kijken. 

Intern
Voor de begroting zijn de volgende interne rentepercentages gebruikt, de berekening volgens BBV:

Renteschema %
Bespaarde rente over voorziening verliesgevende complexen bouwgrond 2,00%
Rente activa en Grex afgerond (omslagrente) 1,10%

In onderstaand schema is het renteresultaat berekend volgens BBV:

Stap Renteschema 2026 2027 2028 2029
De externe rentelasten over de korte en lange financiering 2.802 2.620 2.870 2.609
De externe rentebaten -154 -152 -151 -151
1 Saldo rentelasten en rentebaten 2.648 2.468 2.719 2.458
De rentebaten van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend -12 -10 -9 -7
De rentelasten van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend 12 10 9 7
2 Aan taakvelden toe te rekenen externe rente 0 0 0 0
3 Rente over eigen vermogen 0 0 0 0
3 Rente over voorzieningen (gewaardeerd op contante waarde) 128 131 133 136
4 Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente (1+2+3) 2.776 2.598 2.852 2.594
5 De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) actieve gronden -339 -165 -38 56
5 De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) activa -1.999 -2.025 -2.199 -2.153
Renteresultaat op het taakveld treasury (4+5) 438 409 615 497

Het genoemde renteresultaat komt terug op het taakveld Treasury, maar is niet het enige resultaat op dat taakveld. Ook bijvoorbeeld ontvangen dividend wordt geraamd op het taakveld, maar maakt geen onderdeel uit van het renteschema.

Financieringsbehoefte

Terug naar navigatie - Financiering - Financieringsbehoefte

Op basis van de begroting 2026 wordt een meerjarige financieringsbehoefte opgesteld.

2026 2027 2028 2029
Activa 167.115 193.964 224.439 235.583
Grondexploitatie 24.529 8.742 -2.729 -11.280
Geldleningen* -93.136 -84.799 -76.460 -68.120
Reserves en voorzieningen -64.936 -65.000 -60.267 -62.640
33.572 52.908 84.983 93.543

* Dit is de huidige leningenportefeuille.

Uit bovenstaand schema blijkt dat de komende jaren een financieringsbehoefte is tot een maximum van ruim € 93 miljoen. Deze wordt gefinancierd met kasgeld en langlopende geldleningen.

Beleidsvoornemen financiering
Financiële instellingen blijven  terughoudend met het geven van een rentevisie. Ook BNG publiceert deze sinds enige tijd niet meer. Wij hanteren daarom meer een rentestrategie dan een rentevisie.
Onze strategie is om het renterisico te minimaliseren. Dat doen we door op verschillende momenten (zo nodig) langlopende leningen af te sluiten in de toekomst en door gebruik te maken van een mix van kortlopende en langlopende leningen. Daarmee creëren we ook flexibiliteit in de leningenportefeuille om in te spelen op interne en externe ontwikkelingen, zoals planning van investeringen en grex-projecten.
Ook moeten we rekening houden met de kasgeldlimiet. Deze bepaalt dat de gemiddelde vlottende schuld, over 3 achtereenvolgende kwartalen bezien, niet boven de 8,5% van het begrotingstotaal mag uitkomen. Ons uitgangspunt is dat we de overschrijding beperken tot maximaal 2 achtereenvolgende kalenderkwartalen.

Renterisicobeheer

Terug naar navigatie - Financiering - Renterisicobeheer

De overheid heeft twee instrumenten bepaald voor het toetsen van het renterisico, namelijk: de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.

 

Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet vormt de bovengrens waarmee een tijdelijk liquiditeitstekort gefinancierd kan en mag worden met een kortlopende geldlening (korter dan één jaar). Als het liquiditeitstekort een structureel karakter draagt, moet er een langlopende geldlening worden aangetrokken. Indien voor het derde achtereenvolgende kwartaal de kasgeldlimiet wordt overschreden, moet de toezichthouder hiervan op de hoogte worden gesteld, en moet de kwartaalrapportage en een plan om binnen de kasgeldlimiet te blijven ter goedkeuring worden voorgelegd aan de toezichthouder. De kasgeldlimiet is vastgesteld op 8,5% van het begrotingstotaal.

Stap Omschrijving 2026
Bepalen toegestane kasgeldlimiet
Omvang begrotingstotaal 145.082
Percentage regeling 8,50%
1 Toegestane kasgeldlimiet 12.332
Vlottende korte schuld
opgenomen gelden korter dan 1 jaar 12.000
Schuld in rekening courant 0
Gestorte gelden door derden korter dan 1 jaar 100
Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld 0
2 Totaal vlottende korte schuld 12.100
Vlottende middelen 0
Contante gelden in kas 16
Tegoeden in rekening courant 9.054
Overige uitstaande gelden korter dan 1 jaar 13
3 Totaal vlottende middelen 9.083
4 Totaal netto vlottende schuld (2-3) 3.018
Ruimte (+) / Overschrijdingen (-) (1-4) 9.314

Voor 2026 wordt met kasgeldleningen gewerkt tot de maximale bovengrens van de kasgeldlimiet.

 

Renterisiconorm
De renterisiconorm stelt een grens aan het te lopen renterisico op de vaste schuld. De risiconorm houdt in dat de jaarlijkse verplichte aflossingen en renteherzieningen niet hoger mogen zijn dan 20% van het begrotingstotaal (zie tabel hieronder).

Stap Omschrijving 2026 2027 2028 2029
1 Renteherzieningen 0 0 0 0
2 Aflossingen 8.337 8.339 8.340 8.342
3 (1+2) Renterisico 8.337 8.339 8.340 8.342
4 Begrotingstotaal 145.082 142.458 148.315 148.522
5 Percentage regeling 20% 20% 20% 20%
6 (4 x 5) Renterisiconorm 29.016 28.492 29.663 29.704
7 Ruimte(+)/Overschrijdingen(-) 20.679 20.153 21.323 21.362

Voor de komende jaren is er ruimte om lang geld aan te trekken volgens de renterisiconorm.  In het jaar 2025 is de renterisiconorm overschreden. Dit is een logisch gevolg van de aflossing  vanwege het bereiken van de einddatum van een fixed lening van € 25 miljoen. Bij een fixed lening wordt tussentijds niet afgelost maar pas op het einde van de looptijd. Dit hebben we aan de provincie gemeld hetgeen voldoende was.

Kredietrisicobeheer

Terug naar navigatie - Financiering - Kredietrisicobeheer

Kredietrisicobeheer is het beheersen van de risico’s die voortvloeien uit de mogelijkheid op een waardedaling van de vorderingspositie ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij.

De gemeente heeft in beperkte mate te maken met kredietrisico’s. Deze hebben onder andere betrekking op de verstrekte leningen in het kader van de publieke taak, zoals de startersleningen. Deze leningen zijn afgesloten onder Nationale Hypotheek Garantie. Dit betekent dat de aflossing bij gedwongen verkoop altijd gegarandeerd is.

Leningenportefeuille

Terug naar navigatie - Financiering - Leningenportefeuille

Een belangrijk onderdeel van het financieringsbeleid vormt de omvang, flexibiliteit, gemiddelde looptijd en rentegevoeligheid van de leningenportefeuille. De leningenportefeuille van de gemeente ziet als volgt uit: 

Opgenomen langlopende leningen
Leningverstrekker Looptijd van Looptijd t/m Rente Oorspronkelijk 1-1-2026 31-12-2026
Prov NB 2018 2033 1,13% 1.211 671 591
Prov NB 2018 2033 1,18% 908 51 45
Prov NB 2019 2034 1,28% 606 377 337
BNG 2020 2040 0,23% 54.215 40.661 37.951
BNG 2024 2034 2,67% 30.000 27.000 24.000
BNG 2025 2035 2,74% 25.000 24.375 21.875
111.941 93.136 84.799