Niet in de balans opgenomen verplichtingen

Op grond van artikel 53 BBV dienen in de toelichting bij de balans opgenomen te worden de niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen waaraan de gemeente voor toekomstige jaren is gebonden. In de toelichting bij genoemd artikel worden als voorbeelden genoemd (langlopende) huurcontracten en leaseovereenkomsten.

Nadrukkelijk worden hier dus geen toekomstige rechten genoemd. De bedoeling van dit artikel is om – naast de bedragen die al volgens de balans bekend zijn – ook nog aan te geven welke toekomstige uitgaven nog volgen. Dit om de werkelijke financiële positie weer te geven. Als een gemeente namelijk erg veel langlopende verplichtingen is aangegaan geeft de balans een te rooskleurig beeld.

Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag
van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen.

De garantstellingen kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Omschrijving Aard % lening-bedrag Oor- spron- kelijk Bedrag Restant 1-1-2019 Restant 31-12-2019 Aflossingen 2019 Jaar van besluit-vorming (*) Einde looptijd (**)
Directe garantstellingen
Vaste geldlening U/G Stichting basisbibliotheek Dommeldal 100% 631 473 442 32 2.013 2.033
Vaste geldlening U/G St. Golf Riel Estate 100% 235 133 122 11 2006 / 2012 2036 / 2022
Vaste geldlening U/G St. Kasteel Geldrop 100% 1.000 782 756 26 2.006 2.036
Totaal directe garantstellingen 1.866 1.388 1.319 69
Indirecte garantstellingen
Vaste geldlening U/G Stichting Woonbedrijf SWS. Hhvl 50% 29.302 24.146 23.716 429 1996 - 2010 2018 - 2036
Vaste geldlening U/G Woningbouw-vereniging Compaen 50% 30.145 22.327 21.415 912 2004 - 2011 2034 - 2041
Vaste geldlening U/G Stichting Wooninc. 50% 21.000 21.000 21.000 0 2.016 2046 - 2055
Totaal indirecte garantstellingen 80.447 67.473 66.132 1.342
Totaal 82.313 68.861 67.451 1.410

(*) De kolom "Jaar van besluitvorming" is gebaseerd op het jaar waarop de eerste storting heeft plaatsgevonden.
(**) Het einde van de looptijd in bovenstaande tabel varieert bij een aantal garantstellingen. Dit komt omdat er bij deze garantstellingen sprake is van een samenstelling van (meerdere) geldleningen. In de tabel zijn deze gecomprimeerd weergegeven.

De belangrijke langdurige contracten en verplichtingen van materiële aard zijn hieronder opgenomen. De inkoopplannen, de spendanalyse en het contractbeheersysteem zijn als bron gebruikt.

Omschrijving Verbonden t/m Bedrag op jaarbasis
Inhuur derden (**) 2021 -
Leerlingenvervoer 2024 600.000
Levering gas / elektriciteit (*) 2019 340.000
(*) Bedrag is gebaseerd op bestedingen in 2019.
(**) = niet mogelijk om een bedrag te noemen, dit is afhankelijk van het gebruik

Eigen bijdrage op grond van de Wmo

Terug naar navigatie - Eigen bijdrage op grond van de Wmo

Een aanvrager van een voorziening, hulp in de huishouding of een financiële tegemoetkoming (persoonsgebonden budget) is op grond van de Wmo een bijdrage verschuldigd. De wetgever heeft bepaald dat de berekening, oplegging en incasso van deze eigen bijdrage wordt uitgevoerd door het CAK. De informatie van het CAK (om privacy redenen beperkt) is ontoereikend om als gemeente de juistheid op persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen.

Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen op grond van de Wmo geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dit betekent dat door de gemeenten geen zekerheden omtrent omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen.

Arbeidskostengerelateerde verplichtingen

Terug naar navigatie - Arbeidskostengerelateerde verplichtingen

Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. Deze personele lasten worden verantwoord in het jaar waarin de uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan bijvoorbeeld (spaar)verlofaanspraken. 

Gebeurtenis na balansdatum

Terug naar navigatie - Gebeurtenis na balansdatum

Op het moment dat de gemeenteraad deze jaarstukken 2019 vaststelt (29 juni 2020) is er sprake van een wereldwijde crisis door het coronavirus (COVID-19). Wat de (financiële) effecten voor de langere termijn zijn voor de gemeente wordt de komende maanden inzichtelijk gemaakt. Het COVID-19 (corona) virus heeft geen financiële gevolgen voor de jaarrekening 2019, maar wel voor naar verwachting veel beleidsterreinen van onze begroting 2020 en mogelijk voor de jaren daarna. Hoe groot de financiële impact exact zal zijn is nu onmogelijk te bepalen.

De belangrijkste mogelijke financiële gevolgen voor zover deze op dit moment zijn in te schatten zijn:
• de extra uitvoeringskosten voor de aanvullende maatregelen vanuit het rijk;
• de extra bijstandsuitgaven;
• de extra uitgaven voor aanvullende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus zoveel mogelijk te beperken;
• de extra uitgaven om de economische schade zoveel mogelijk te beperken;
• in hoeverre de gemeente vanuit het rijk hiervoor gecompenseerd worden.

We monitoren onze risico’s en die van onze partners voortdurend. Onze organisatie loopt geen risico voor de continuïteit. We bewaken onze liquiditeitspositie goed en nemen zo nodig maatregelen om onze taken gedurende deze crisis zo goed mogelijk te blijven uitvoeren.